Geschiedenis van het archeologische park van Paestum in een notendop
Paestum, oorspronkelijk bekend als Posidonia, werd rond 600 voor Christus gesticht door de Grieken. Het was een belangrijke stad in de Magna Graecia, vernoemd naar Poseidon, de god van de zee. In de vroege geschiedenis floreerde Paestum als een cultureel, commercieel en politiek centrum, zoals blijkt uit de drie grote Dorische tempels gewijd aan Hera, Athena en Neptunus, gebouwd in de 6e en 5e eeuw voor Christus.
Rond 400 voor Christus viel de stad onder Lucaniaanse controle voordat ze in 273 voor Christus werd veroverd door de Romeinen. Daarna werd het geromaniseerd en kreeg het de naam Paestum. De Romeinen integreerden hun bouwstijl met de bestaande Griekse structuren, wat resulteerde in een unieke mix van Griekse en Romeinse architectuur, zichtbaar in het Forum Romanum.
Paestum begon in de vroege Middeleeuwen in verval te raken, voornamelijk door malaria en Saraceense invasies. De stad werd uiteindelijk verlaten en vergeten tot ze in de 18e eeuw werd herontdekt tijdens de aanleg van een weg. Archeologische opgravingen begonnen in de 20e eeuw en brachten de opmerkelijke ruïnes aan het licht. Vandaag de dag is het Archeologisch Park van Paestum een Unesco-Werelderfgoed, wereldwijd geprezen vanwege de goed bewaard gebleven Oudgriekse tempels.